25 februari 2014: In het artikel op de Conam-website over carrosseriebedrijf Schutter & Van Bakel valt ondermeer te lezen dat een Packard met een carrosserie van dit bedrijf tijdens de Tweede Wereldoorlog door de Duitse bezetter als overvalwagen is gebruikt en daarbij de helft van zijn carrosserie kwijtraakte.
Deze Packard, die vroeger het kenteken G-306 had, is tegenwoordig in het bezit van Boy Herben, maar hij kent dit verhaal niet. Zijn vraag daarom aan ons is waar dit verhaal vandaan komt en of er nog meer informatie over deze Packard is terug te vinden. Ook een grotere foto zou welkom zijn. Wie kan Boy helpen?
9 maart 2014: Via Rob Geelen kwam de informatie dat deze Packard een Touring-Sedan is met dubbele open-dak constructie. De auto won in 1935 de eerste prijs op het 'Concours de Carrosserie' van de KNAC.
24 juni 2014: Robert van Kesteren weet van het bestaan van een foto die dateert uit het laatste jaar van W.O. II. Op de foto staat een Amerikaanse auto die is afgezaagd en voorzien is van houten banken. De auto deed dienst als overvalwagen voor huisrazzia´s, waarschijnlijk in het Haagse Bezuidenhout. Er lopen twee gehelmde Duitse soldaten met geweren.
Aanvankelijk mochten de Duitse soldaten geen Amerikaanse auto's gebruiken maar de leiding was er niet vies van. Tijdens de aanstelling van Seyss Inquart werd zijn redevoering gefilmd werd door Polygroon. Te zien zijn een Horch cabrio 853 A met daarachter een Packard die eerst opzij stilstaat. Hij is nog in burgerkleuren maar heeft op het linkervoorspatbord een bord met vierkanten die aangeven dat het een commandowagen is. Zou die Packard...? De nummerplaat is al Duits.
16 maart 2015: aanvullende informatie van Robert van Kesteren: Enige tijd geleden hield ik mij bezig met een Packard van rond 1938 die de afgezaagde carrosseriehelft miste. Ik schreef toen dat de Duitse bezetters vooral na 1944 als wanhoopsdaden Amerikaanse wagens afzaagde en er banken op bouwden om als overvalwagens te dienen o.a. bij de razzia's ten behoeve van de Arbeitseinsatz welke in november 1944 aanvang nam.
Na enige speurwerk kon ik er er wat van vinden maar vermoedelijk is de Packard dat niet overkomen omdat zij donders goed wisten wat deze waard waren. Twee typen van deze Packard waren gebruik bij Bernard en Juliana als gewone wagens naast de aanwezige Maybach Zeppelin. Daarnaast gebruikten zij ook nog een Alfa Romeo cabrio type 2300c. De Packards bleven na hun vlucht naar Engeland via IJmuiden op Paleis het Loo staan dat spoedig een Duitse militair ziekenhuis werd. Ik heb een dvd met filmbeelden van de installatie van Seyss–Inquart waar in de stoet van auto's tweemaal een Horch 853 voorkomt, een cabrio en om de hoek van de Ridderzaal staat een soortgelijke Packard met Duits kenteken en een bord van wit en rode blokken, een teken dat de wagen bij het Oppercommando behoort.
Ik herinner mij van mijn jeugd in het Haagse Statenkwartier ook afgezaagde Amerikanen die door groenteboeren werden gebruikt. De chromen strippen en wieldoppen er nog op, een kopschot achter de chauffeur met raampje, een houten bak met kisten en een afdakje. De wagens deinden enorm met een schommelende weegschaal achterop maar kon de groenteman dat wat schelen? Veel Hudson, Plymouth of Nash.
12 april 2024: Harry Vromen uit Geleen schrijft: “Met verbazing heb ik kennisgenomen van het relaas over de Packard van dhr. Boy Herben uit Beek (Limburg). Een historische schets kan een en ander verduidelijken: De Packard was ooit in bezit van mijn schoonvader J.Q.J. Philippen (1904-1989) die in Geleen sedert 1935 een werkplaats had voor autoreparatie, inclusief plaat- en spuitwerk. Bovendien voor de sloop van auto’s. Hij had de Packard omstreeks 1945 gekocht van een zakenman uit Sittard.
De Packard werd van achteren aangereden toen hij hem had uitgeleend of verhuurd aan de politie. Mijn schoonvader heeft het achterdeel van de carrosserie in de tweede helft van de jaren 1940 verwijderd. Vervolgens heeft hij het voorstuk van de carrosserie gecombineerd met het achterstuk van de carrosserie van een Cadillac lijkwagen, die van voren was aangereden. Dit in opdracht van of samenwerking met een plaatselijke begrafenisondernemer. De geplande lijkwagen is echter nooit afgebouwd. De samenvoeging van beide carrosseriedelen is eind jaren 1980 weer ongedaan gemaakt. Van het achterdeel van de carrosserie van de Packard was niets behouden gebleven, uitgezonderd de klinken van de achterdeuren. Deze bevonden zich tussen onderdelen van diverse, in het verleden gesloopte, oldtimers.
Combinatie Packard en achterdeel carrosserie lijkwagen Cadillac. Zonder beglazing en ornamenten. Opname omstreeks 1985
De Packard zonder achterdeel van carrosserie. Carrosseriedeel van Cadillac weer verwijderd. Opname omstreeks 1990
De Packard hebben wij omstreeks 1991 verkocht aan dhr. Boy Herben. Hij wilde de auto laten restaureren. De Packard was voorzien van een 8 cilinder in lijn motor. Dhr. Herben heeft toentertijd kenbaar gemaakt dat hij voornemens was de 8 cilinder in lijn motor te vervangen door een 12 cilinder V-motor omdat hij dacht dat dit type origineel was voor de Packard. Of dit inderdaad is gebeurd weet ik niet.
Ik had het boek ‘’Packard. A History of The Motor Car and The Company’’ uit 1978 gekocht en geraadpleegd. Vanwege het brandstofverbruik werd de Packard voor de Europese markt vaak geleverd met een 8 cilinder in lijn motor in plaats van een 12 cilinder V-motor. Wij hebben hem het boek eveneens te koop aangeboden maar hierin was hij blijkbaar niet geïnteresseerd. Om het ontbreken van het achterdeel van de carrosserie te verklaren hebben wij de Duitsers dus niet nodig. Trouwens dhr. Herben heeft bovenstaande informatie over de Packard eveneens mondeling van ons ontvangen.
De Packard Touring Sedan die op de foto staat in het artikel “Opgelost: Het verhaal van de Packard” werd - zoals ook reeds vermeld in het artikel - in 1935 op het Concours de Carrosserie te Scheveningen bekroond met de eerste prijs. Deze auto bezat volgens het Algemeen Dagblad van 30 juni 1935 een 12 cilindermotor. Dit kan dus niet de Packard van dhr. Boy Herben zijn. De Packard die dhr. Herben van ons heeft gekocht was een Straight eight 1100 Sedan uit 1934.”
18 april 2024: Henk Schuuring schrijft: “Naar aanleiding van bovenstaand verhaal heb ik de lijst van deelnemers aan het Concours te Scheveningen er even bijgehaald. Hier staat de Packard als een 12 cilinder omschreven. Kortom, ik weet het niet, wel weet ik dat begin jaren vijftig mijn vader bij de ARM werkte en uit bezuinigingen bestaande V12 en V16 motoren halveerde door cilinders buiten gebruik te stellen en ook voertuigen van een 6 cilinder lijnmotor te voorzien.
Bij de omzetting van het provinciaal naar het nationaal kenteken is indertijd met de papieren veel onduidelijkheid ontstaan (door gesjoemel van handelaren en eigenaren met de leeftijd van de auto en type motor), mogelijk gemaakt door gebrek aan kennis van de RDW op dat moment.
Met andere woorden, ik ben er niet erg van overtuigd dat het verschillende auto’s (met carrosserie van Schutter en Van Bakel) zijn, anders had ik het in de literatuur wel moeten terugvinden.”