
Deze F.N. heeft tevens het Zeeuwse nummer Z-204.
Lang werd gedacht dat het witte bord met de halfronde bovenzijde met het cijfer 228 een Belgisch kenteken was, maar omdat de plaat geen aanduiding heeft van een Belgisch rijkswapen en ook niet de tekst ‘Belgique’ bevat, moet dit het rijksnummer 228 zijn.
Blijft over de vraag, waarom dan dat nummer 228 op een plaat met onmiskenbaar de vorm van een Belgische kentekenplaat uit die tijd terecht is gekomen. We moeten ons realiseren, dat beide heren zowat op de Nederlands-Belgische grens in Sas van Gent woonden en werkten. Voor België hadden zij ongetwijfeld ook een (onbekend) Belgisch kenteken nodig, zoals gebruikelijk in die eerste jaren van de vorige eeuw. Het is heel goed voorstelbaar, dat zij een ‘oude’ Belgische plaat hebben (laten) overschilderen met daarop het Nederlandse rijksnummer. Het kan misschien ook nog zijn, dat ze een blanco Belgische plaat voor dit doel beschikbaar hadden.