16 augustus 2012: John Elema heeft een oplettende vriendin die voor hem deze foto kocht op een rommelmarkt in Noord-Groningen. Volgens John werd de foto, met iedereen in militaire kleding, genomen tijdens de mobilisatie voor WW1 in 1914 en ergens, vanwege de vele H kentekens, in het westen van het land. Maar de locatie? Het lijkt op een spooremplacement. Waren de auto's er verzameld voor transport? Geen idee. Sommige kentekens zijn nog te lezen, zoals H-2633 / H-4975 / H-301 / G-4?21 / H-134 / H-4?54 / H-3056. Vooraan met de nummers H-301 en H-4?54 kunnen dat Delahaye's zijn?
Ook op 16 augustus 2012 schrijft Vincent van der Vinne: Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden er geen auto's van particulieren door het leger 'gevraagd'. Het was toen gebruikelijk om in tijden van gevaar paarden te vorderen. Met de komst van de auto werd het recht om te vorderen ook van toepassing op auto's en motorfietsen. Toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak werden eigenaren van auto's daarom verplicht om met hun voertuig op een bepaalde dag, op een bepaalde plek zich te melden. Auto's die vervolgens geschikt werden bevonden, meestal grote en luxe auto's, werden vervolgens in beslag genomen en de eigenaren kregen later een financiële vergoeding (de auto's werden gevorderd). Hierna werden de meeste auto's ontdaan van de luxe carrosserie en werd hier een laadbak op gemonteerd. Hoe groter de auto, des te beter deze geschikt was voor militair gebruik en vervoer van goederen (vandaar dat het leger graag grote en luxe auto's wilde hebben). In 1914 werden enkele honderden auto's gevorderd. De foto is vermoedelijk genomen op de binnenplaats van de Artillerie-inrichtingen te Delft. De auto met nummerbord G-421 is een Spyker, op kenteken gesteld door de fabriek.
17 augustus 2012 volgt een aanvulling van Ed Beekman: De plaats van samenkomst is niet de AI in Delft. Gevorderde auto werden bij de firma Vitters in Schiedam omgebouwd tot pickup truck met een gemiddeld laadvermogen van 500 kg, dit werd op de houtenbak geschilderd. De carrosserie werd bij de firma Vitter opgeslagen en een deel van de auto´s is later weer teruggegeven aan de eigenaars met de carrosserie weer gemonteerd (nadat het leger voldoende vrachtwagens had verkregen uit Zwitserland en Amerika). Op 13 augustus 1914 ging de eerste autotrein bestaande uit 300 auto´s op weg met voorraden voor de troepen in Brabant, die aan de grens gelegerd werden. De standplaats voor de auto´s was de kazerne op de Paardenmarkt in Delft. De foto kan dus bij Vitters in Schiedam genomen zijn of bij het verzamelen in Rotterdam, of op de Paardenmarkt. Op de voorgrond staan twee Delahayes en een Spyker, de Spyker is niet omgebouwd en zal een officiersauto zijn, de rest lijkt allemaal omgebouwd tot pickup (dat woord was toen nog niet bekend).
17 augustus 2012 Henk Visscher komt met de oplossing: Niet Delft, Schiedam of Rotterdam, maar Roosendaal... De foto werd genomen op het Stationsplein ter hoogte van een zijvleugel van het vroegere stationsgebouw. Waarschijnlijk betreft het een compagnie van het Etappen- en Verplegings Autobataljon. Deze eenheid bestond uit vijf compagnieën, waarvan er vier in Noord-Brabant werden gelegerd, en één in Rotterdam.